Dubbelinterview

Dubbelinterview

Deze maand spraken Tuur Elzinga (1969), voorzitter FNV en de bisschop van Den Bosch en referent Kerk en Samenleving, Mgr. Gerard de Korte (1955) met elkaar.

‘Ik hoop op een samenleving waar mensen waardig kunnen leven, onderling solidair zijn en barmhartig zijn voor elkaar.’

Waar liggen jullie wortels en speelde religie daarin een rol?

Tuur Elzinga:

Ik ben geboren (1969) en getogen op Texel. Gedoopt, mijn moeder was katholiek, mijn vader was natuurkundeleraar en geloofde alleen in datgene wat je met proefjes kon aantonen. Wat je fysiek kon zien. We woonden in een klein dorp, Ik ging naar een katholieke kleuterschool en later naar een openbare lagere school. Mijn ouders gingen niet naar de kerk, we deden thuis niets met religie. Rond mijn twaalfde verhuisden we naar een voormalige pastorie naast een Nederlands Hervormde Kerk. Met mijn vrienden uit het dorp ging ik soms naar de zondagschool van die kerk.  Religie speelde toen geen grote rol in mijn leven. Waarden en normen wel natuurlijk.  Ook mijn kinderen gingen naar een openbare school. Mijn dochter hield van zingen en kwam op jonge leeftijd al via mijn broer bij de koorschool van de Sint Bavo in Haarlem terecht. Nog altijd zingt zij met passie in het kathedrale koor van de BAVO  en dat is voor mij en mijn vrouw een belangrijke reden iom daar met regelmaat ons gezicht te laten zien. Mijn vrouw komt uit een Nederlands Hervormde traditie. Toch zijn wij vaak in de katholieke Sint Bavo Kathedraal. Als je daar dan bent begrijp je waarom een plek van bezinning in het leven van veel mensen belangrijk is.  De afgelopen Kerstperiode zijn we daar vaak geweest vooral om de prachtige muziek.

Mgr. Gerard de Korte:

Ik ben geboren in 1955 en opgegroeid in Vianen in een katholiek gezin. Het geloof was in ons gezin belangrijk, mijn vader was bij het kerkkoor, we gingen naar de kerk, er werd thuis gebeden, het katholicisme is me zoals ze dat wel zeggen ’met de paplepel ingegoten’. Mijn geloofsleven is verdiept in mijn studententijd rond mijn twintigste.  Door de drie grote vragen over zin, lijden en dood ben ik tijdens mijn geschiedenisstudie veel in de bijbel gaan lezen. Toen heeft het geloof zich verdiept en werd ik actief in de parochie en kwam het plan om priester te worden in plaats van geschiedenisleraar. 

Welke waarde van het Katholiek Sociaal Denken springt er voor jullie uit?

Mgr. Gerard de Korte:

Ik zie de waarden in samenhang met elkaar. Menselijke waardigheid: In een rechtvaardige samenleving mogen mensen op een waardige manier leven. Solidariteit hoort daarbij. Maar ook barmhartigheid, in het latijn misericordia, is een belangrijke waarde. Hart hebben voor de mensen die in de problemen zijn, moreel of sociaal. ‘Ik hoop op een samenleving waar mensen waardig kunnen leven, onderling solidair zijn en barmhartig zijn voor elkaar. ‘

Tuur Elzinga:

Wat de bisschop zegt spreekt mij natuurlijk ook aan. Vanuit de vakbeweging kan ik er nog wel wat aan toevoegen. Als FNV zijn we ook de rechtsopvolger van het NKV. Sinds de ontzuiling als vakbond zijn we politiek nooit neutraal maar wel ongebonden. We zijn seculier maar geven wel een duidelijke plaats aan waarden. We zijn waarde gedreven vanuit onze missie.  Van het dubbelgebod van de liefde is ‘Heb uw naaste lief zoals u zelf’ de basis van de solidariteit die als een hele sterke boodschap in de vakbeweging zit. Zowel nationaal als internationaal.  Het is iets dat je in elke wereldreligie ziet, doe een ander niet aan wat je zelf niet wil dat jou overkomt. Ga met een ander om zoals je wilt dat er met jou omgegaan wordt. Dat is waar de vakbeweging op gebouwd is.

Waarom is het van belang dat de FNV bestaat?

Juist in deze ingewikkelde tijd met zoveel verschillende belangen, maatschappelijke geschillen, geopolitieke spanningen en individualisering van de maatschappij is de FNV belangrijk.  Solidariteit en barmhartigheid zijn belangrijk.  We moeten dat niet alleen voelen maar ook met elkaar organiseren. FNV is voor veel mensen een belangrijke identiteit. 

Ik voel het als een eer om als voorzitter van FNV op te mogen treden. In mijn werk voor FNV ben ik vaak op reis geweest voor mondiaal FNV, een stichting die bonden elders in de wereld helpt.  Zo kwam ik onder andere in een aantal Afrikaanse landen. Daar heb ik gezien dat de vakbeweging nog veel meer dan hier onderdeel is van een sterk maatschappelijk middenveld waarin ook lokale gemeenschappen en kerken een belangrijke rol spelen.

Bijvoorbeeld in een dorpje in Namibië waar veel armoede was en schrijnende situaties tussen mensen bestonden. Door de vakbeweging werd daar een experiment geïnitieerd, gesteund door kerken ter plaatse. Voor de lokale gemeenschap werd een basisinkomen gerealiseerd. Er waren sceptici die verwachtten dat mensen dat geld niet op een goede manier zouden gaan gebruiken. Toch gebeurde het tegenovergestelde. Er werd geïnvesteerd in de gemeenschap, mensen hielpen elkaar, het hele dorp werd opgetild. Natuurlijk is het zo dat dit op kleine schaal gemakkelijker te organiseren is dan op grote schaal. Het is een mooi voorbeeld van als je op basis van vertrouwen iets organiseert voor mensen er iets moois voor terug kan komen. 

Waarom is het belangrijk dat de kerk er is?

Mgr. Gerard de Korte:

Je kunt deze vraag theologisch en sociologisch benaderen. In theologische zin is het zo dat je nooit in je eentje kunt geloven. De notie van de communio, de onderlinge gemeenschap. Het wij bepaalt het ik. Wie we zijn wordt bepaald door anderen, opvoeders, ouders, vrienden, etc. In het katholiek sociaal denken wordt niet gesproken over individualisme maar over personalisme. We zijn unieke personen, maar we zijn geen losse individuen. Alleen vanuit sociale verbondenheid kun je mens zijn, kerk zijn.  Samenkomen om God eer te brengen en de onderlinge verbondenheid te vieren. Het dubbelgebod van de liefde. 

Sociologisch zie ik dat we In West Europa te maken hebben met een kerkkrimp. Sociologen stellen daar zorgelijke vragen bij. Zullen de christelijke waarden blijven functioneren in een samenleving als die niet gevoed wordt door levende kerken. Het lijkt erop dat we aan een experiment begonnen zijn om een samenleving zonder God te bouwen. Dat klinkt natuurlijk iets te absoluut omdat er nog altijd mensen zijn die geloven. Maar de meerderheid van de bevolking heeft geen kerkelijke binding meer. Enkel nog christelijke wortels. De volgende generaties zullen die wortels steeds minder hebben en voelen. Zullen de grote waarden die het evangelie de cultuur heeft ingedragen zoals het dubbelgebod van de liefde, waardigheid, barmhartigheid, solidariteit, vergeving en verzoening blijven functioneren in onze samenleving? Blijven ze het cement voor onze cultuur?  Dat is waarom ik vind dat een levende kerk in Nederland belangrijk is. We moeten missionair blijven.

Wat doe je graag in je vrije tijd?

Tuur Elzinga:

Omdat ik vrij veel weg ben voor mijn werk ben ik graag thuis. Dan vind ik het fijn om te koken, bij mijn gezin te zijn. Daarnaast geniet ik graag van natuur en cultuur. Wandelen door de duinen en over het strand. Sinds mijn dochter zo mooi heeft leren zingen ben ik de stem in klassieke muziek enorm gaan waarderen. Ik luister graag naar koormuziek. Zelf heb ik een aantal keren gezongen in een amateur operakoortje. Meestal heb ik daar geen tijd voor, maar als het om een klein project gaat en het lukt qua tijd vind ik dat heel leuk om te doen.

Mgr. Gerard de Korte:

Ik ben historicus en theoloog. Allebei leesstudies. Tot op de dag van vandaag probeer ik te blijven lezen, artikelen en boeken.  Daarnaast ben ik graag in het gezin van mijn zus om een stukje gezinsleven mee te maken. Wat ik ook leuk vind is mensen uitnodigen om een hapje te gaan eten in ’s-Hertogenbosch. Eerst koffie te drinken bij mij thuis en daarna de stad in te gaan om gezellig wat te eten en bij te praten. Aangename en ontspannende momenten.